De Groot en Slot heeft dit jaar het aantal locaties voor onafhankelijk rassenonderzoek uitgebreid. Vooral in een aantal groeigebieden voor uienteelt op zand lagen dit jaar meerdere rassenproefvelden. De proefvelden laten onafhankelijk zien hoe de rassen van De Groot en Slot presteren op verschillende grondsoorten, ten opzichte van elkaar en ten opzichte van rassen van andere veredelaars. 

De Groot en Slot doet al vele jaren rassenproeven. Tot 2023 rooide het verkoopteam van het bedrijf nog zelf met de hand de uien in alle rassenproeven. Die proeven brachten toen de verschillen in beeld tussen rassen op een perceel. Niet alleen de bruto kilo’s werden bepaald, ook vond er in februari een beoordeling van de uien in de bewaring plaats om te bepalen wat het nettorendement voor de teler is.

In 2023 legde De Groot en Slot voor het eerst op twee locaties onafhankelijke rassenproeven aan. De teler of de onderzoeksinstelling waar de proeven lagen, verzorgde de teelt en onafhankelijke instanties wogen en beoordeelden de opbrengsten. 

Proefvelden in groeiende teeltgebieden

Vorig jaar lagen die proefvelden in twee regio’s waar een grote groei is van het areaal uien: op het zand in het Drentse Wachtum en Limburgse Nederweert. 

“In deze opkomende teeltgebieden was naar onze mening nog te weinig bekend over de uienrassen die De Groot en Slot daar zou adviseren”, vertelt Tom Langenberg, een van de accountmanagers van het verkoopteam. Hij coördineert het onafhankelijke rassenonderzoek van de zaadfirma.

 “Als gevolg van de groei van het uienareaal in die gebieden, kregen we steeds meer vragen van onze dealers om aan klanten te kunnen laten zien welke rassen er zijn en hoe ze groeien op verschillende grondsoorten”, merkten Langenberg en zijn collega’s. “Het is lastig om je eigen verhaal te vertellen. Dan krijg je het effect zoals in de reclameslogan ‘Wij van WC Eend adviseren WC Eend’. Daarom hebben we besloten om onafhankelijke proefvelden aan te leggen in die groeigebieden, zodat telers zelf de rassen kunnen zien.” 

Langenberg noemt onafhankelijkheid ‘een belangrijke eis’ voor het rassenonderzoek. Vorig jaar voerden de onafhankelijke agrarische onderzoekinstituten Vertify en HLB de opbrengstmetingen en de kwaliteitsbeoordelingen uit. Dit jaar deden HLB en onderzoeksinstelling SPNA dat voor het rassenonderzoek op de proefvelden.

Voor betrouwbare informatie

Uitbreiding naar vijf regio’s

Dit jaar is het aantal rassenproefvelden uitgebreid van twee naar vijf, in diverse regio’s (kader). Met deze vijf proefvelden zal er voor elke grondsoort en regio een advies op maat beschikbaar zijn.

De rassenproeven liggen niet in gebieden waar vanouds veel uien geteeld worden, zoals in Zeeland en Flevoland. Daar is bij telers al veel meer kennis over de verschillende rassen. Bovendien voert het Uien Innovatie en Kenniscentrum, kortweg UIKC, al onafhankelijk rassenonderzoek uit in Colijnsplaat (ZL) en in Lelystad. Daar komt nog bij dat het areaal uien in Zeeland de laatste jaren sterk is gekrompen.

In Nederweert was dit jaar geen rassenproefveld omdat het perceel daar te nat was om te zaaien en om betrouwbare opbrengstgegevens te krijgen. Daarom is gekozen om mee te doen met een proefveld van Alliance. Dat bedrijf is een dealer van De Groot en Slot in Zuid-Nederland.

Op proefvelden bij telers in Wachtum (D)  en Vessem (NB) doet de teler de teelt en het HLB doet de metingen. Op beide locaties liggen in een groot perceel bedjes met circa tien uienrassen, zowel van De Groot en Slot als van andere zaadfirma’s. 
SPNA en HLB nemen alle monsters en doen de oogstmetingen. Bovendien vinden in het bewaarseizoen op verschillende momenten beoordelingen plaats van de verschillende rassen in de korte, middenlange en lange bewaring. Tijdens deze beoordelingen worden ook eigenschappen zoals hardheid, huidvastheid, kleur en spruitrust bepaald.

Uien Festival

Nieuw dit jaar was het ‘Uien Festival’. Tot en met vorig jaar hield De Groot en Slot jaarlijks demomiddagen op de proefvelden, waarbij telers de gelegenheid kregen om tijdens een begeleide rondleiding de rassen te bekijken. In 2024 is gekozen voor een andere opzet, in de vorm van een festival dat op de locaties van de vijf proefvelden plaatsvond. Geheel in festivalstijl waren er verschillende sprekers, rondleidingen, een tent en een foodtruck voor een hapje en een drankje. De sprekers waren onder andere deskundigen op het gebied van mechanisatie, over het zaaien van tagetes tegen aaltjes op zandgrond, en over de teeltstrategie voor uien. Ook waren er mechanisatiebedrijven aanwezig die machines voor de teelt en de oogst van uien lieten zien.

“Het was een groot succes”, blikt Langenberg terug. “Het was eens wat anders dan anders. Heel uientelend Nederland bezocht wel één van de locaties. In totaal waren op de vijf locaties meer dan vijfhonderd bezoekers.” Bovendien kreeg het festival veel aandacht op social media. Grote vraag: komt er weer een Uien Festival? Langenberg vertelt dat na het grote succes dit Uien Festival zeker herhaald gaat worden, maar dat nog besloten moet worden met welke frequentie dit gaat plaatsvinden.